Index   Back Top Print

[ IT  - NL ]

VISITA PASTORALE NEI PAESI BASSI

SOLENNE CELEBRAZIONE A IEPER

OMELIA DI GIOVANNI PAOLO II

Venerdì, 17 maggio 1985

 

Dierbare vrienden,

1. Vrede zij met u!

Ik heb eraan gehouden naar Ieper te komen om verschillende redenen.

Vooreerst is deze stad gelegen in het hart van het slagveld van de eerste wereldoorlog. Zij is het symbool geworden van het onmetelijk leed dat een oorlog met zich brengt, en tevens symbool van wederopbouw en van vrede. Uw stad is dus de aangewezen plaats om u over de vrede te spreken.

Ook weet ik dat uw stad en uw streek, tegen het einde van de tweede wereldoorlog door Poolse soldaten werden bevrijd en dat u de herinnering aan dat feit nog steeds trouw in ere houdt. Gelooft u mij, ik ben daar zeer door getroffen.

Ik kom ook in het bijzonder om de gelogiven van het bisdom Brugge te ontmoeten die hier zeer talrijk aanwezig zijn. Uw bisdom is goed bekend, tot ver buiten zijn grenzen, voor het dynamisme van zijn priesters en leken in de pastoraal, en voor zijn edelmoedige inzet voor de missies en de jonge Kerken.

Tenslotte, zijn hier veel jongeren bijeengekomen, jongens en meisjes, jonge mannen en jonge vrouwen, die ernstig bekommerd zijn om de vrede, en ook seminaristen die zich voorbereiden om de bedienaars te worden van de vrede van de Heer Jezus.

Ik groet u allen zeer hartelijk in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Ik groet mijn broeders in het bisschopsambt, en vooral de jonge bisschop van dit diocees, Monseigneur Roger Vangheluwe, en zijn hulpbisschoppen. In dankbaarheid wens ik ook de vreugde en de vrede van de Heer toe aan Monseigneur Emiel-Jozef De Smedt, die gedurende méér dan dertig jaar uw herder was en die nu uw biddende bisschop is.

De Heer Burgemeester en de Schepenen van de stad wil ik danken voor het gulle onthaal dat mij hier te beurt valt.

Ook groet ik met eerbied de burgerlijke Overheid en de hele bevolking van West-Vlaanderen.

Vrede zij met u allen!

2. Mon souhait de paix dans le Seigneur s'adresse aussi à tous les amis de langue française, Belges et étrangers, en particulier ceux qui sont venus nombreux des villes et des villages du Nord de la France.

To all of you who come from across the North Sea, my heartfelt greetings. Your presence here today is another reminder of the long-standing tradition of friendship and hospitality that links the City of Ypres with the families, friends and descendants of the soldiers who laid down their lives in Flanders' Fields. May the peace of the Lord be with you all!

3. Ik ben hier gekomen, in deze streek waar zovelen langs komen om stil te staan bij de graven van hen die als slachtoffer van oorlogsgeweld hier de dood hebben gevonden: mannen van overal, vooral jonge mensen, mensen die altijd iemands kind zijn.

Ik ben hier gekomen om samen met u na te denken over de zin van zoveel doden, over het offer van die jonge levens. Bij de talrijke begraafplaatsen die het landschap van deze streek tekenen, en van vele andere streken overal ter wereld; bij de talrijke graven waar de militaire en burgerlijke slachtoffers van oorlogsgeweld rusten, moet de hele mensheid zich de fundamentele vraag stellen naar de zin van het leven van elk individu, van elke natie, en van de wereldfamilie van naties.

De verschrikkelijke ervaring van de eerste wereldoorlog, nu reeds zeventig jaar geleden, is voor enkelen onder u nog een levendige herinnering. Ze is verbonden met bekende namen en gebeurtenissen. Voor de hedendaagse generaties is het een herinnering die vervaagt in de mist van het verleden, maar die toch levend blijft en die levend moet blijven. Ze wordt opgeroepen door tekens die geplant zijn in de aarde zelf, — de begraafplaatsen, de monumenten, — en door boek en beeld. De herinnering aan de slachtoffers en aan het offer van hun leven kan niet worden uitgewist! In mijn Paasboodschap van dit jaar, heb ik, verwijzend naar de slachtoffers van de tweede wereldoorlog, de hele wereld gevraagd na te denken. Ik heb toen gezegd: « Tot op heden stelt de mensheid zich vragen naar de zin van die slachtoffers.

Voor alles mag zij de mannen en vrouwen niet vergeten die, overal ter wereld, hun leven gaven "als offer" voor de rechtvaardige zaak van de menselijke waardigheid. Zij zijn de dood ingegaan als weerloze slachtoffers in een holocaust, of met de wapens hun eigen bestaan in vrijheid verdedigend.

Zij boden weerstand niet om geweld met geweld, niet om haat met haat te beantwoorden, maar om aanspraak te maken op een recht en een vrijheid voor henzelf en voor anderen, ja zelfs voor de kinderen van hen die toen de verdrukkers waren »[1].

De geschiedenis leert ons harde lessen. Zij spreekt, zoals hier, op dit slagveld van de eerste wereldoorlog, over de kwetsbaarheid van mensen of van volken. Van mensen of van volken die, in de greep van de droom van overheersing, het beste van zichzelf kunnen vergeten om hun toevlucht te nemen tot de wapens om andere landen te veroveren, of, om hele volkeren te onderwerpen aan systemen en ideologieën die, ondanks hun verklaringen, in tegenstrijd zijn met de fundamentele waardigheid van de menselijke persoon, met zijn fundamentele rechten, en met het recht van de volkeren op een bestaan in vrijheid.

Deze graven rondom ons houden niet op ons te spreken over de kwetsbaarheid van de menselijke samenleving. Zij die werkelijkheidszin bezitten en liefde voor de echte vrijheid en waardigheid van individuen en volken, worden aldus overtuigd van de legitimiteit van het recht op verdediging ten overstaan van een onrechvaardige aggressor.

4. De herinneringen die wij oproepen verwijzen ons evenzeer naar de vrede. Dat zozeer begeerde goed, dat steeds bedreigd is. Dit is de boodschap die alle oorlogsslachtoffers ons nalaten: vrede is noodzakelijk, ze is dus een plicht voor ieder van ons. Het waarborgen van de vrijheid en van de veiligheid mag nooit losgemaakt worden van een bredere opgave: die van het bouwen aan de vrede.

Die taak wordt des te dringender en actueler, naarmate we, op onze dagen, geconfronteerd worden met een internationale toestand waarvan de complexiteit steeds toeneemt. De wetenschappelijke en technische vooruitgang scheppen voortdurend nieuwe mogelijkheden die de zaak van de vrede kunnen dienen of die gemanipuleerd kunnen worden om de oorlog te dienen.

De vrede is niet langer een vraagstuk dat kan behandeld worden op retorische wijze, louter aan de hand van gemakkelijke en unilaterale slogans. Diepe overtuigingen en een totaal engagement zijn nodig; een eenvoudig sentimentalisme volstaat niet.

Een vastberaden vredswil moet gepaard gaan met klare inzichten, en die opdracht is niet altijd gemakkelijk wanneer men staat tegenover zoveel verschillende belangen. De inzet voor de vrede moet vergezeld gaan van een helder begrip van de principes en van de waarden die op het spel staan. Naarmate de bedreiging die boven de mensheid hangt groter is, moet ook de morele volwassenheid van de mensheid krachtiger zijn.

Zich met een minimum tevreden stellen zou gevaarlijk zijn. De vrede moet dus niet opgevat worden als de afwezigheid van oorlog, maar als een geheel van onverbreekbare waarden: de vrijheid van de menselijke persoon en de eerbied voor zijn waardigheid, de rechtvaardigheid en de solidariteit, de barmhartigheid en de naastenliefde, de durf van de waarheid en de hoop. De gevaren en bedreigingen die de vrede belagen kunnen alleen bezworen worden door de menselijke vooruitgang die de authentieke waarden cultiveert, en niet door de verloochening van diezelfde waarden.

5. Sur les tombes et sur les monuments impressionnants, qui sont tenus ici en si grand honneur, il est inscrit: Plus jamais la guerre! Nooit meer oorlog! / War never again!

C'est le message de ceux qui sont tombés ici. Ici même, sur cette place remarquable, devant ces halles construites après la guerre, avec amour et piété, je sais qui les hommes trouvent toujours le courage d'enlever les décombres et de rebâtir à neuf. Je sais que sur les ruines de la haine peut toujours s'élever l'édifice de l'amour, la maison de la paix!

En cette région, une région parmi tant d'autres où la guerre a creusé pour les siècles ses profonds sillons, je viens en pèlerin de la paix.

Ich bin hierhergekommen, in diese Stadt und in dieses Land, ein Land unter den vielen, wo der Krieg seme tiefen Spuren für viele Jahrhunderte hinterlassen hat. Ich bin hierhergekommen als ein Pilger des Friedens.

I have come to this city and to this land, a land among the many where war has ploughed its deep furrows for centuries. I have come as a pilgrim of peace.

In deze streek, een streek onder vele andere waar de oorlog, doorheen de eeuwen zijn diepe voren heeft getrokken, kom ik als pelgrim van de vrede.

En cette terre de cimetières, monte silencieusement dans notte cœur cette prière: donne-nous la paix, Seigneur, donne-nous la paix!

Mais devant ces tombes, il y a lieu aussi de parler, et les raisons d'élever la voix ne manquent pas.

Car si nous nous taisons, nous laissons sans lendemain la vision que nous venons d'écouter de la bouche du prophète Isaïe: « Yahvé exercera son autorité sur les nations et sera l'arbitre de peuples nombreux, qui de leurs épées forgeront des socs et de leurs lances des faucilles. Les nations ne lèveront plus l'épée l'une contre l'autre et l'on ne s'exercera plus à la guerre. Marchons à la lumière de Yahvé »[2].

Si nous nous taisons, la rumeur de la violence étouffera le cri des peuples qui appellent la justice et la paix. Si nous nous taisons, les menaces de la guerre et l'égoisme bloqueront le dialogue et la recherche de la compréhension mutuelle.

Si nous nous taisons, la course aux armements se poursuivra et attirera vers elle capitaux, énergies et créativité. Alors il restera peu d'argent et peu d'attention pour la nourriture, la santé, le développement et le logement, surtout pour les pays les plus démunis.

Si nous nous taisons, nous étouffons le Message de notre Seigneur Jésus-Christ, qui est le « Prince de la Paix », « Princeps Pacis ».

6. Ja, als wij zwijgen, zal de vrede van de Heer haar intrek niet nemen in het hart van de mens. Hoe kan iemand vrede vinden en vrede vestigen als God hem de vrede niet geeft? Hoe wil de mens in vrede leven als hij de vrede die van God komt niet zoekt en aanvaardt?

In het mysterie van de mens staat ook de zonde geschreven; in het mysterie van God, zoals het ons in Jezus Christus geopenbaard is, staat de overvloed van genade, van barmhartigheid en verzoening geschreven.

« De vrede zij met U. Vrede zij dit huis ». Dat is, naar de wil van de Heer, de broedergroet van de christen: vrede aan iedereen, vrede aan elk huis, vrede aan de hele aarde.

"Peace be with you. Peace be to this house". This is, according to the will of the Lord, the fraternal greeting of the Christian: peace to all people, peace to every home, peace to the whole world!

»Der Friede sei mit euch. Friede sein in diesem Hause«. Das ist nach dem Wunsch des Herrn des briiderliche Gruß des Christen: Friede sei mit allen; Friede sei in jedem Haus; Friede sei in der ganzen Welt!

« La paix soit avec vous! Paix à cette maison ». Tel est, selon la volonté du Seigneur, le salut fraternel du chrétien: paix à chacun, paix à chaque maison, paix à la terre entière!

In onze christelijke groet wensen wij elkaar de vrede toe. Maar een groet op zich volstaad niet. Wij moeten bereid zjin om die vrede van de ander te aanvaarden, om, ondanks onze gebreken, die vrede te bewerken in ons eigen hart, en ook onder de inwoners van ons land. Wij moeten bereid zijn voor de vrede in de wereld te ijveren. Daarom moeten wij ons hart openstellen voor het woord van de Heer, dat we zopas, in het Evangelie volgens Sint-Jan hebben beluisterd. Het is een woord dat we nooit genoeg kunnen aanhoren en dat in elke Eucharistie wordt hernomen: « Mijn vrede geef ik u, mijn vrede laat ik u, niet zoals de wereld die geeft, geef ik hem u »[3].

Elke zondag nodigt de Kerk haar gelovigen uit naar de Eucharistie. Die zondagsplicht is een heilige plicht, omdat we daar de Heer ontmoeten, aan zijn levensoffer deelnemen, en in zijn vrede worden opgenomen.

Daar kunnen we ons wennen aan de vrede van de Heer, daar leren we de taal van de vrede, daar wensen we elkaar de vrede. Daar ontvangen we de vrede van de Heer als een geschenk, maar ook als een zending. God geeft zijn vrede totaal vrij, maar altijd opdat we er iets mee zouden doen.

Zijn vrede, de echte vrede, kunnen wij maar vinden als we Hem volgen die is: de weg, de waarheid en het leven, die is: de weg naar de vrede en de laatste waarheid over de vrede: Jezus Christus.

Sa paix, la paix véritable nous ne pouvons la trouver qu'en suivant Celui qui est le chemin, la vérité et la vie, Celui qui est le chemin vers la paix et l'ultime vérité sur la paix: Jésus-Christ.

Seinen Frieden, den echten Frieden, finden wir nur, wenn wir ihm folgen, der der Weg, die Wahrheit, und das Leben ist, der Weg zum Frieden und die letzte Wahrheit iiber den Frieden: Jesus Christus.

His peace, true peace will be found only when we follow him who is the Way, the Truth and the Life: the true path to peace and the ultimate truth about peace: Jesus Christ.

7. « Richt uw ogen op Jezus »[4]. Richt uw ogen op de verrezen Christus. Bij hem zult u de ware vrede vinden. De vrede zoeken betekent met hem meegaan, hem volgen, zijn woord aanvaarden en zijn daden navolgen. De laatste en de langste weg die hij is gegaan naar de uiteindelijke vrede was zijn kruisweg. Naar ik hoorde staat bij u, in alle kerken, een afbeelding van de kruisweg, en wordt het goede christelijke gebruik levending gehouden om, met Goede Vrijdag, met velen in het openbaar de kruisweg te doen. Volgt de Heer op zijn kruisweg, want langs de kruisweg staat het lot van de vrede op het spel.

Richt uw ogen op Jezus, vooral gij jongeren, want de Heer Jezus is uw vrede!

In mijn Boodschap voor de Werelddag voor de Vrede 1985 heb ik verklaard dat de vrede en de jongeren hand in hand gaan. « Terwijl we er ons op voorbereiden een nieuwe eeuw binnen te treden en een niew rnillenium, moeten we ervan bewust worden dat de toekomst van de vrede en dus van de mensheid heel in het bijzonder berusten op de fundamentele ethische keuzen waartoe een nieuwe generatie van mannen en vrouwen geroepen is.

Nog enkele jaren en de jongeren van vandaag zullen de verantwoordelijkheid dragen voor het gezinsleven en voor de naties, voor het algemeen welzijn van elkeen en voor de vrede »[5].

Beste jonge mensen, een goed deel van de toekomst van de komende eeuw ligt in uw handen en in uw hart. Vreest niet de weg van de vrede te gaan met de Heer Jezus. Hij zal u het grootse van de menselijke roeping doen verstaan. In zijn licht en met zijn kracht, zult gij aan die roeping kunnen beantwoorden, met eerbied en met ijver voor de waarheid over de mens, voor de waardigheid en de onschendbare rechten van de menselijke persoon, en voor de eisen van het algemeen welzijn.

8. La guerre et la violence naissent de la méconnaissance des droits fondamentaux de l'homme. La violence qui détruit les habitations et les bâtiments est grave, mais intolérable et indigne de l'homme est la violence dirigée contre la dignité de la personne. Celui qui travaille à la paix commencera par respecter la dignité de l'homme, radicalement, sans en faire un objet de manipulation ou un instrument au service d'une idéologie.

Respecter la dignité de la personne humaine, c'est respecter la vie de l'autre, toute vie humaine, et en premier lieu la vie au sein de la mère.

Respecter la dignité de l'homme, c'est voir dans chaque personne un frère ou une sœur, enfants du même Père. C'est se sentir interpellé par la détresse et la pauvreté de celui qui ne possède rien ou est dans le besoin. Plus on est comblé de richesses matérielles, plus on a de devoir envers ceux qui sont démunis.

Tournez donc votre regard vers Jésus, vous, les jeunes, et marchez avec le Christ! Suivez l'appel et l'exemple de Jésus-Christ, le Prince de la Paix. Dans leur lettre pastorale: « Désarmer pour construire la paix », vos évêques vous ont justement indiqué ce chemin, « la voie réellement efficace: celle de l'amour en réponse à l'amour du Père et dans la foi en sa promesse, de l'amour jamais à court d'imagination, de créativité et d'espérance »[6].

A vous les jeunes, je dis donc: Ne cessez jamais de proclamer et de chanter la paix! Ne cessez jamais d'espérer et de travailler pour la paix! Partout où vous irez, semez la paix!

Young people, I tell you: Keep speaking and singing about peace! Keep hope alive and keep working for peace! Wherever you go, sow the seeds of peace!

Liebe Jugendliche, euch sage ich: Sprecht und singt weiter vom Frieden! Hört niemals auf zu hoffen und fiir den Frieden zu arbeiten! Wo immer ihr hingeht, stiftet Frieden!

Tot u, jongeren, zeg ik: Blijft spreken en zingen van de vrede! Houdt nooit op te hopen op en te bouwen aan de vrede! Waar ge ook gaat: zaai de vrede uit!

Tot u, jongeren, zeg ik: Blijft aanwezig zeg ik in het bijzonder: ga op weg met Christus, in uw voorbereiding op het priesterambt, il al uw pastorale activiteiten. Vreest niet.

Met Christus is het dat gij bewerkers van vrede zult zijn en dat gij rondom u de vrede zult brengen.

9. En tot u allen die aan deze viering deelneemt, zeg ik eveneens: ga op weg met Christus. Langs zijn weg zult u ook zijn moedei vinden. Ja, langs onze weg naar de vrede moeten wij ook Maria vinden. Op haar voorspraak smeken wij om de vrede die alleen haai Zoon ons kan geven. Allen zijn verantwoordelijk voor de vrede Laten wij bidden tot Maria, in deze Vlaamse streken zozeer vereerd tot haar die wij in de litanie aanroepen als: Onze-Lieve-Vrouw Koningin van de vrede; tot haar, die in deze stad de naam draagt van Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne. Moge zij, rondom ons, een tuin van vrede aanleggen! Moge zij ons uitzenden om overal in de wereld tuinen van vrede te planten!

Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne, bid voor ons, bid voor de vrede! Amen.


[1] Ioannis Pauli PP. II Nuntius televisificus in foro S. Petri, die Paschatis, habitus, die 9 apr. 1985: vide supra, pp. 951 ss.

[2] Is. 2, 4-5.

[3] Io. 14, 27.

[4] Hebr. 3, 1.

[5] Ioannis Pauli PP. II Nuntius scripto datus ob diem I Ianuarii anni MCMLXXXV paci inter nationes fovendae dicatum, 2, die 8 dec. 1984: Insegnamenti di Giovanni Paolo II, VII, 2 (1984) 1553.

[6] Epistula pastoralis, 2, iul. 1983.

 

 

© Copyright 1985 - Libreria Editrice Vaticana

 



Copyright © Dicastero per la Comunicazione - Libreria Editrice Vaticana